Beleid buitenspelen krijgt te weinig structurele aandacht
Buitenspelen staat de laatste jaren onder druk. Verkeersdrukte, verstedelijking en onvoldoende speelruimte belemmeren kinderen in hun buitenspeeldrang. Bovendien zijn ouders soms huiverig om kinderen te stimuleren om buiten te spelen vanwege de verwachte risico’s. Dit terwijl veel kinderen graag buitenspelen. Zij kunnen lekker bewegen, samen spelen en dingen ontdekken. Op die manier levert buiten spelen een bijdrage aan hun ontwikkeling. De aandacht voor het thema buitenspelen in het beleid wisselt echter voortdurend.
Dit blijkt uit een verkennend onderzoek van het Mulier Instituut naar het actuele beleid voor buitenspelen in Nederland en Europa. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van het Nationaal Sportakkoord, dat voldoende bewegen en goede beweegvaardigheid bij de jeugd wil bevorderen. Geconstateerd wordt dat het moeilijk is om een goed totaalbeeld te krijgen over het hele land zowel wat betreft het buitenspeelgedrag van kinderen als wat betreft de beschikbare speelruimte en het gevoerde beleid. Een kerncijfer voor de hoeveelheid buitenspelen door Nederlandse kinderen van 0-12 jaar is op basis van bestaande databronnen niet te geven. Uit onderzoek blijkt wel dat buitenspelen op schoolpleinen en speelplaatsen een bijdrage kan leveren aan het voldoen aan de beweegrichtlijn.
Andere belangrijke bevindingen uit het onderzoek zijn:
- Na een opleving in beleidsaandacht door een wetsvoorstel over de wettelijke norm voor speelruimte in 2003, is het beleidsthema In het laatste decennium op landelijk niveau weer enigszins uit beeld geraakt.
- Landelijk beleid op buitenspelen is voornamelijk gericht op veilige inrichting en gebruik van formele speelruimtes via de Warenwet Attractie en Speeltoestellen.
- In Nederland nemen vooral de gemeenten en enkele landelijke stichtingen het voortouw bij de ontwikkeling van lokaal speelruimtebeleid. Er zijn duidelijke verschillen in lokaal speelruimtebeleid, bijvoorbeeld of beleid gericht is op iedereen of op specifieke doelgroepen.
- In veel gemeenten neemt het beleidsthema een betrekkelijk marginale positie in en wisselt de beleidsaandacht onder meer door personeelswisselingen.
- Er is weinig inzicht in de uitvoering en effecten van beleidsmaatregelen op lokaal niveau. Over feitelijk speelruimtegebruik en gebleken effecten is te weinig bekend om een uitspraak te kunnen doen of het beleid in Nederland gericht op buitenspelen wel of niet effectief is.
- Aanbevolen wordt in de komende jaren te komen tot een gecoördineerde beleidsimpuls buitenspelen en tot een beleidsgerichte kennisagenda.
Als eerste concrete stap voor deze impuls hebben zes organisaties die actief zijn op dit thema op 6 juni 2020 de alliantie ‘De Buitenspelers’ gestart die nieuwe initiatieven ontwikkelt op basis van de ideeën van kinderen zelf (debuitenspelers.nl).
Bron: Mulier Instituut
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Meerderheid gemeenten heeft beleid voor buitenspelen
27 sep 202265 procent van de gemeenten heeft beleid voor buitenspelen: 40 procent specifiek op dit onderwerp en 25 procent…
Tegels vluchten voor planten op plein Vakbeurs Openbare Ruimte
12 sep 2022Het Plein is een van de hoogtepunten van de jaarlijkse vakbeurs Openbare Ruimte, die dit jaar, samen met de…
Investeren in sport en bewegen voor mensen met een verstandelijke beperking loont
5 sep 2022Iedereen voelt aan dat sport of bewegen van waarde kan zijn voor mensen met een verstandelijke beperking. Maar…
Circulair versus leuk? Duurzaamheidscheck je speelplek!
4 jul 2022Natuurlijke, circulaire, speelplekken…
Froukje Hajer koninklijk onderscheiden voor haar inzet voor het spelende kind
13 jun 2022‘Slechte ideeën om patronen te doorbreken’
9 jun 2022Rico Bakker verzorgt tijdens het Circulaire Openbare Ruimte Congres op 16 juni zijn keynote: ‘De kracht van een…
'We willen graag aanjager zijn van een circulaire economie'
7 jun 2022De gemeente Almere is de gastheer van het eerste Circulaire Openbare Ruimte Congres op 16 juni. Rutger Ekhart …
Reactie toevoegen