De ambitie van de Nederlandse overheid dat in 2040 75 procent van de Nederlanders de beweegrichtlijnen haalt is waarschijnlijk onhaalbaar als de kijk op dit vraagstuk niet verbreed wordt. Dat stellen Mirjam Stuij en Marloes van Gorp van het Mulier Instituut in hun essay ‘Over (meer) bewegen - Of waarom we het over ongelijkheid en macht moeten hebben’.
Mulier Instituut: 'Bredere kijk op beweegarmoede nodig'
De beweegrichtlijnen schrijven 2,5 uur per week matig intensief bewegen en twee keer per week kracht- en spierversterkende activiteiten voor. Ondanks beleidsinspanningen steeg het aandeel Nederlanders dat aan de beweegrichtlijnen voldeed niet veel: van 40 naar 45 procent tussen 2001 en 2023. Naar 75 procent is dus nog een lange weg te gaan.
Beweegbeleid gericht op ‘achterblijvende’ groepen
Dat meer bewegen leidt tot meer gezondheidswinst is stevig wetenschappelijk onderbouwd. De focus van het beweegbeleid ligt op het stimuleren van bewegen en sport in het dagelijks leven. Vooral bij specifieke groepen mensen die ‘achterblijven’ bij het behalen van de beweegrichtlijnen. En ook vaak meer gezondheidsproblemen hebben.
Bredere kijk nodig
De auteurs pleiten voor een bredere kijk op het beweegvraagstuk. De huidige focus kent namelijk verschillende knelpunten. Zoals de tijdelijkheid van beweegprogramma’s en de frustratie die deelnemers (en hun begeleiders) kunnen hebben als het niet lukt na afloop zonder ondersteuning blijvend meer te bewegen in het dagelijks leven.
Een breder perspectief betekent meer aandacht voor achterliggende sociaaleconomische ongelijkheden. En voor het aandeel van de groepen die wel voldoende bewegen (de 'normgroep’) in dit vraagstuk.
‘Voldoende bewegen’ is geen neutrale norm
Hoewel stevig wetenschappelijk onderbouwd, is ‘voldoende bewegen’ geen neutrale maar een sociale norm. Mensen kunnen daaraan voldoen en neerkijken op mensen die dat niet doen. Mensen die niet aan de norm voldoen, kunnen zich juist afzetten tegen deze boodschap. Bijvoorbeeld omdat ze urgentere problemen in hun leven zien.
De status van de medische wetenschappelijke kennis weegt in dit vraagstuk zwaar. Maar die gaat veelal voorbij aan kennis over maatschappelijke ongelijkheden en ervaringskennis.
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Wie wint de Rotterdamse Kinderrechten Award 2022?
18 nov 2022Op 20 november – aan het einde van de Week tegen Kindermishandeling – wordt de Rotterdamse Kinderrechten Award…
Wat is er nodig voor een toekomstbestendige ruimte waar kinderen graag spelen?
16 nov 2022Circa honderd geïnteresseerden kwamen…
‘Kinderparticipatie wordt in te veel gemeenten onvoldoende serieus genomen’
20 okt 2022De Omgevingswet zit eraan te komen. Invoering van deze integrale wet die de kwaliteit van de leefomgeving borgt…
Actieve schooldag prioriteit bij vakleerkrachten bewegingsonderwijs
17 okt 2022Voor de meeste vakleerkrachten staat de implementatie van een actieve schooldag hoog op de planning. Ze denken…
De stads als speeltuin
14 okt 2022Om ons (mentale) welzijn te behouden in steeds vollere steden schreven Jenny Roe en Layla McCay ‘Restorative…
Meerderheid gemeenten heeft beleid voor buitenspelen
27 sep 202265 procent van de gemeenten heeft beleid voor buitenspelen: 40 procent specifiek op dit onderwerp en 25 procent…
Investeren in sport en bewegen voor mensen met een verstandelijke beperking loont
5 sep 2022Iedereen voelt aan dat sport of bewegen van waarde kan zijn voor mensen met een verstandelijke beperking. Maar…
Circulair versus leuk? Duurzaamheidscheck je speelplek!
4 jul 2022Natuurlijke, circulaire, speelplekken…